Je hebt vast wel eens meegemaakt dat je naar een gesprek ging en dacht, dit zou ik graag willen. En dat je achteraf dacht: leuk gesprek, aardig mens, maar wat heb ik nu bereikt? Of dat je na een uur vergaderen "met een andere partij" nog steeds niet tot een besluit bent gekomen.

Als je niet weet wat je doel is, kom je wel ergens, maar de vraag is of je daar wilt zijn. Alle zakelijke gesprekken hebben een doel. In een sollicitatiegesprek willen beide partijen informatie verzamelen en informatie geven. Om een zakelijk gesprek te laten slagen is het belangrijk dat je van te voren bepaalt welk doel je wil behalen in dat gesprek.

Gespreksdoel

Het is belangrijk dat je goed weet wat het doel van je gesprek is. Als je bijvoorbeeld iemand informatie wil geven, is je gespreksdoel: informeren. Het is ook belangrijk dat je gesprekspartner weet wat het doel van het gesprek is. benoem dit doel dan ook in het gesprek.

Er zijn drie soorten gespreksdoelen:

1. Kennisdoelen
Bij een gesprek met een kennisdoel vraag je jezelf af wat je van je gesprekspartner wilt weten of wat je gesprekspartner van of over jou te weten moet komen. Kennisdoelen hebben altijd te maken met het verzamelen en uitwisselen van iets, zoals informatie en ideeën.

2. Houdingsdoelen
Wil je de mening en gevoelens van een ander beïnvloeden? Dan heeft je gesprek een houdingsdoel. Je wilt bijvoorbeeld je gesprekspartner ergens van overtuigen of je wilt dat je gesprekspartner anders tegen zaken aankijkt.

3. Gedragsdoelen
Bij een gesprek met een gedragsdoel wil je het gedrag van je gesprekspartner beïnvloeden. Vaak hebben functioneringsgesprekken een gedragsdoel.